Onze leden kweken met diverse vogelsoorten. De ene heeft parkieten de andere tropische vogels of kanaries. Hoe krijg je van diverse vogelsoorten
jongen op stok en wat voor voer hebben de vogels nodig? De ene liefhebber heeft een succesvolle kweek en bij sommige duurt het soms langer of mislukt het. Wij hebben van diverse leden kweekverslagen en hopen deze telkens nog wat te kunnen uitbreiden.
Tropische vogels
(Mislukte) kweek met gele rietvink door Leonard Ketting.
In september 2022 heb ik een twee mannen en een losse pop van de gele rietvink overgenomen. De pop is onverwant aan de twee mannen. De gele rietvinken heb ik na thuiskomst voorzien van een druppeltje Beaphar onder de vleugels. Dit doe ik zodat de vogels beschermd zijn voor bloedluis. De vogels krijgen een schone kooi met voer en water. De eerste dag kijk ik of de vogels het voer en water goed kunnen vinden.
De vogels heb ik tot eind van het jaar bij elkaar gelaten. De twee mannen heb ik nog voorzien van een kleurring zodat ik kan zien welke pop de man uiteindelijk zou kiezen. Inmiddels had ik de vogels van een broedkooi naar een binnenvlucht van 1.50 bij 2.00 meter verhuisd. Na een aantal weken zag ik dat de pop een keuze gemaakt had en heb ik de andere man uitgevangen. Deze heb ik geruild met een andere liefhebber omdat ik geen losse pop kon verkrijgen.
In het vluchtje heb ik twee halfopen nestkastjes opgehangen. Beide vogels bouwden van bruine sisal een mooi nest. Er werd 1 ei in gelegd en man pop broeden beiden voortvarend. Helaas wat het ei onbevrucht. Ik heb de vogels het broedcyclus laten afmaken. En heb daarna het eitje verwijderd. Het onbevruchte eitje komt denk ik doordat het nog een jonge man was. De vogels braken vervolgens het nest af en bouwden in het andere nestkastje een nieuw nest op. Wederom werd er 1 eitje gelegd en de rest verliep net zoals de eerste ronde. Daarna heb ik het nestkastje verwijderend.
Eind april 2023 heb ik de gele rietvinken samen met wat koppels dwergrietvinken in een buiten volière geplaatst. Deze is voorzien van diverse soorten siergrassen. Verder hangen er een aantal halfopen nestkastjes in. Na een tijdje zag ik dat de gele rietvinken een klein nestkastje gekozen hadden en omdat ik niet altijd kijk zag ik dat er 5 eitjes in lagen waarvan 3 bevrucht. Ik meende dat vogels al zo een anderhalve week zaten te broeden. Een week verder weer gekeken en toen lagen er drie jonge vogels van circa 3 dagen oud. Twee dagen later lagen alle jongen dood in de volière. De vogels zijn vervolgens in de rui gevallen en het nestkastje is overgenomen door een koppel dwergrietvinken.
Ik voer de vogels een standaard tropenzaad van DeliNature wat ik aanvul met diverse soorten graszaden, wildzangzaad. En vervolgens doe ik daar nog wat universeel voer bij. Zo nu en dan krijgen de vogels ook een stengel ontdooide halfrijpe zilvergierst.
Inmiddels is het juli 2023 en hebben de gele rietvinken het nestkastje weer overgenomen van de dwergrietvinken. Wat ervan terechtkomt wacht ik rustig af. Ik denk dat het legsel mislukt is omdat het voor dit koppel de eerste keer is dat er jongen waren.
Kromsnavels:
Mijn kweek met de duivenbode lories door Martijn van der Sande
Mijn verhaal start In 2016 toen ik, op aandringen van mijn vrouw, op zoek ging naar een koppel duivenbode lories. Ikzelf wou graag zwarte lories maar mijn vrouw vond dat helemaal niks. Ze zei: “die lijken op kraaien en die vliegen er genoeg rond. Kijk dan voor een koppel duivenbode lories die zijn wel mooi en hebben tenminste meer kleur” en dat was de eerste keer dat ik naar haar luisterde.
En zo is de zoektocht begonnen. Na heel wat mails en advertenties zetten kreeg ik de vraag of ik nog duivenbodes zocht. Mijn antwoord was “ja” en toen kreeg ik de vraag of ik mee wilde naar Frankrijk om ze op te halen. Na wat geregel ben ik in augustus 2016 in de auto gestapt op weg naar Frankrijk. Na een rit van 12 uur zijn we aangekomen op plaats van bestemming om de duivenbodes op te halen.
We gingen voor een koppel maar door slechte communicatie bleek het om 2 mannen te gaan. Ik had twee opties of ik laat ze zitten en je komt er niet weer aan of ik koop ze en probeer een man te ruilen voor een pop. Ik koos voor optie twee. Eenmaal thuis gekomen heb ik de vogels laten wennen en met geluk kon ik in november 2016 een man voor pop ruilen en zo had ik mijn eerste koppel compleet niet wetende dat ik in 2022, 3 koppels en een losse man in mijn bezit heb. Maar goed nu mijn kweek met de duivenbode lories
Mijn koppel klikte heel goed met elkaar maar door pech ben ik eind 2018 helaas mijn pop verloren en moest ik op zoek naar een nieuwe pop. Ik sprak een vriend van me en die zei: “ik weet wel iemand” en hij had snel een nieuwe pop geregeld voor me en we spraken af op de vogelmarkt in Zwolle. Bij aankomst thuis heb ik de pop gelijk bij de man geplaatst met de hoop dat het goed klikte en dat was gelukkig zo want ze harmonieerden fantastisch. Dat het echt klikte bleek wel want in april 2019 zag ik dat de pop een dikke kont kreeg en op 23 april 2019 vond ik een half ei in het blok. Dat was even balen maar ik dacht dat het in de eerste ronde kon gebeuren ik heb het kapotte ei eruit gehaald en vervangen voor een nep ei. Op 25 april 2019 keek ik weer in het blok en vond ik het tweede ei en dat was ook een half kapot ei. Toen dacht ik gelijk: “dat is de man die de eieren sloopt”. Deze ronde was dus niks geworden.
Op 12 juni 2019 zag ik dat de pop weer een dikke kont kreeg en op 13 juni 2019 vond ik weer een kapot half ei toen heb ik de man eruit gevangen en apart gezet en op 15 juni 2019 vond ik een heel ei en had de dader apart. Ik heb het ei eruit gehaald en vervangen door een nep ei en het goede ei in de broedmachine gelegd zodat er niks met het ei kon gebeuren. Na 7 dagen zag ik de adertjes lopen in het ei en wat was ik blij. Het eerste bevruchte ei bij de duivenbodes!!. Op 9 juli 2019 heb ik het ei terug gelegd onder de pop zodat ze zelf verder kon broeden en hopelijk het jong groot brengen.
En dat lukte! Het jong groeide goed maar ik trof het op 25 juli 2019 dood aan in het blok. De warmte was hier de boosdoener ondanks dat ze op een beschutte plaats stond was het nog 42 graden en de temperatuur in het blok was opgelopen. Daar was ik dus goed ziek van en baalde als een stekker.
Het volgende jaar op 17 april 2020 zag ik dat de pop weer een dikke kont kreeg. Ik was te laat met de man weg te halen en vond weer een half kapot ei. Hierna direct de man erbij weg gehaald en op 20 april 2020 vond ik een heel ei in het blok en heb hetzelfde gedaan als de vorige ronde. In broedmachine gelegd en de pop op nep eieren laten broeden en 14 mei 2020 heb ik het ei teruggelegd en op 15 mei is het jong uitgekomen waarna de pop weer begon aan het zelf opvoeden van het jong. De geheel verliep voorspoedig. De pop voerde het jong prima en groeide goed. Bij iedere controle zat de pop al klaar om toe te slaan om in mijn vingers te bijten dus dat was kijken en weg wezen. Het nestblok maakte ik schoon zodra de pop buiten zat om even de vleugeltjes te strekken.
De man zat zolang in een volière naast de pop zodat ze elkaar toch nog konden zien en contact konden houden. Op 26 juli 2020 is het jong uitgevlogen en dat verliep soepel. De man ernaast maakte ook contact met zijn jong en dat ging prima.
Na een week leek het net of de man het jong door het gaas heen wilde voeren. Ik kreeg het idee om de man bij het jong en zijn pop terug te plaatsen. Zo gedacht en gedaan. Ik plaatste de man terug bij het jong en ik zag dat het jong ook direct bedelde om voer en de man voerde. Ik heb wel heel de dag lopen kijken of alles goed ging maar het leek of de man zelf het jong had groot gebracht. Het was een schitterend gezicht. Inmiddels is het jong zelfstandig en bij DNA werd bekend dat ik een pop had gekweekt. Ik heb de jonge pop bij een andere losse pop duivenbode lori gezet en dat gaat prima.
Als voer krijgen ze bij mij lorinectar van Aves aangevuld met stuifmeelpollen en daarbij nog een eigen mengsel van rijstebloem, 8 granen, druivensuiker en universeelvoer. Dit alles gaat in een maatkan waarna het geheel nog wordt aangevuld met verschillende soorten fruit. Daarna wordt er warm water toegevoegd en alles wordt goed gemixt en klaar voor gebruik. Ze krijgen ook geregeld wat fruit aangeboden voor bezigheidstherapie.
Dit is mijn kweek met de duivenbode lories. Een prachtig soort om te houden en te kweken.
Mijn kweek met de Muskuslori door Martijn van der Sande
De mannetjes en vrouwtjes zien er hetzelfde uit. Ze onderscheiden zich van de lori van de blauwe bergen doordat ze een zwarte
bovensnavel hebben en de punt van de snavel heeft een koraal kleur. Ze zijn hoofdzakelijk groen van kleur en hebben een oranje iris. Het blauw op de kop van de mannetjes is over het algemeen wat helderder van kleur dan de vrouwtjes. Het voorhoofd is rood wat doorloopt tot aan de nek. De mantel is brons-bruin met groen en opzij van de borst hebben ze gele tot soms oranje vlekken.
Een overwegend klein groen vogeltje met een eigen karakter. Zo omschrijf ik de muskuslori waarvan ik zelf 3 koppels in mijn bezit van heb. Ik hou de muskuslories in hokken van 1,50 lang 1 meter hoog en 50 cm breed en hier gedijen ze prima in. Ze beschikken het hele jaar over een broedblok omdat ze er in broeden en slapen. Het broedblok heeft een nestlade wat het schoonmaken van het broedblok wanneer ze jongen hebben makkelijk maakt. Als voeding krijgen ze bij mij Aves lorinectar aangevuld met stuifmeelpollen en een eigen mengsel. Wat ze verder nog krijgen zijn diverse soorten fruit.
De kweek is niet moeilijk van dit soort. Als de voeding goed is en de vogels hebben het naar hun zin dan zullen ze snel tot kweken over gaan. Ze leggen twee, soms weleens drie eieren, die na 22-25 dagen uit komen. Meestal beginnen ze bij het tweede ei echt vast te broeden. Ik moet de
jongen goed in de gaten houden met ringen. Normaal worden ze rond 14 dagen geringd maar bij 1 koppel wil het weleens zo zijn dat ik ze met 10 dagen al moet ringen. Na een dag of 50 vliegen ze uit en de jongen zijn doffer van kleur dan de ouders. Jonge muskuslories zijn na 1 jaar goed op kleur maar als je er een tentoonstelling mee speelt dan is het met lories zo: “hoe ouder ze zijn, hoe beter ze worden”. Een geluk is er wel dat je 5 jaar met deze vogeltjes mag meespelen.
Van de muskuslories zijn er ook diverse soorten mutaties. Vooral in Australië hebben ze heel wat mutaties, zoals lutino en grijsgroen. In Europa zouden wel wat mutaties zitten maar die zijn op één hand te tellen.